we hebben in vorige blogs gewezen op het belang van ervoor te zorgen dat een financiële overeenkomst wordt bereikt en ondertekend in echtscheidingsprocedures. Uit de zaken die werden besproken, bleek dat in bepaalde omstandigheden een partij jaren na de scheiding een financieel rechtsmiddel kan worden toegekend.
in een recente zaak van A V B (Nr. 2) EWFC 45 concludeerde de rechter echter dat de omstandigheden van de zaak geen bevel tot financiële voorziening voor de echtgenoot rechtvaardigden. Deze zaak is onderscheiden van de wil van Wyatt v Vince om de volgende redenen:-
- de partijen In A V B (Nr. 2) hebben na hun scheiding van 1992 tot 1994 overeenstemming bereikt over de verdeling van hun vermogen. Schenkingen werden gesplitst, de vrouw (‘W’) nam de verantwoordelijkheid voor de huwelijksschulden op zich en betaalde ook alimentatie aan de man (‘H’). In Wyatt v Vince bleef de vrouw achter zonder enige financiële steun.
- de kinderen woonden met H in een groot huis zonder huur, aangeboden door W. Verder werd het pand uitgebreid en gerenoveerd zonder kosten om H en W toegestaan hem hebben lodgers wonen in het pand en houden alle huur die ze betaald. W betaalde alimentatie voor kinderen die periodiek werd verhoogd. Verzoekster in de zaak Wyatt v Vince werd met weinig of geen hulp aan de kinderen overgelaten.De rechter erkende dat H wel financiële behoeften had, zij het niet op de schaal van de verzoekende echtgenote in de zaak Wyatt / Vince. H had een nieuwe vrouw die ook een woning bezat waarin hij kon wonen, dus W kon niet worden gevraagd om H ‘ S huisvestingsbehoeften te voldoen.
- H beweerde dat hij in zijn carrière een nadeel had omdat hij zijn leven moest regelen rond zijn verantwoordelijkheden voor zijn kinderen en daarom een vordering tot schadevergoeding had. De rechter accepteerde dat de kinderen bij hem woonden, maar H was in een reeks relaties en die vrouwen hadden geholpen met kinderopvang die H in staat stelde om fulltime te werken.
- W nam in dit geval alle financiële verplichtingen jegens H op zich, in tegenstelling tot Wyatt v Vince. De rechter zei dat het duidelijk was dat W haar financiën op deze manier had geregeld in de veronderstelling dat H geen claim tegen haar kon indienen.
de rechter concludeerde dat de reden voor de vertraging was omdat beide partijen geloofden dat zij de financiële problemen in hun echtscheiding hadden opgelost door in 1992 tot een informele overeenkomst te komen. De zaak werd pas voor de rechter gebracht toen de man in 2015 werd gewaarschuwd dat zijn claim mogelijk nog leefde.
als u dit verder wilt bespreken, neem dan contact op met Lynn Gooch op 020 8502 3991 voor meer informatie.
https://www.foskettmarr.co.uk/index.php/our-team/litigation-solicitor-essex/